Tjeerd met minzame glimlach |
Of hij kon voetballen? Geen idee. Ik heb hem nooit aan het werk gezien. Tenminste niet dat ik me kan herinneren. Een eigen Wikipedia-pagina heeft hij wel en daaruit blijkt dat hij toch ruim tachtig eredivisieduels op zijn naam heeft staan. Hij moet er dus op zijn minst íéts van gekund hebben. Maar de enige reden dat ik mij Tjeerd van 't Land (of Tjeert, dat wordt niet helemaal duidelijk) nog kan herinneren is omdat hij uit elk opengescheurd zakje tevoorschijn leek te komen.
Tjeerd dook overal op. Terwijl je met smart zat te wachten op Manuel Sanchez Torres of Aad Mansveld kwam Tjeerd je weer tegemoet grijnzen. Hij lijkt ook een beetje te kijken met een blik van: "joehoe, daar ben ik weer." Tjeerd van 't Land staat voor mij daarom voorgoed model voor voetbalplaatjesergernis nummer één. Want iedere spaarder zal beamen: altijd is er één plaatje dat je onbeperkt en onbegrensd tot tientallen keren toe tegen blijft komen.
Al ben ik negentig jaar en zo dement als een deur: de naam en het hoofd van Tjeerd van 't Land zal ik altijd zonder aarzelen tevoorschijn kunnen toveren. Dat heeft hij als modale speler van de inmiddels failliete clubs PEC Zwolle, FC Wageningen en SC Amersfoort dan toch maar mooi voor elkaar gekregen.
Plakplaatjesschaarste is indicatief voor pikorde. Van Tjeerd van 't Land gaan dertien plakplaatjes in een dozijn. Zijn album spreekt boekdelen.
BeantwoordenVerwijderenTjeerd van 't Land is het type speler die je niet meer weet op te noemen als je het kampioenselftal van PEC uit de zeventiger jaren probeert op te rakelen. Vermoedelijk stond hij reserve, uitblinkend in anonimiteit.